Je wil je woning aanpakken en hebt heel leuk behang gezien. Echter heb je nog nooit de muren behangen, waardoor je telkens weer naar een emmer verf grijpt. Toch is behangen helemaal niet zo moeilijk als dat het lijkt. Zeker tegenwoordig niet meer, want er zijn nu ook zelfklevende behangrollen verkrijgbaar waarbij je dus bijna niks meer hoeft te doen! Hoe je precies moet behangen lees je in dit artikel.

De voorbereiding

Allereerst is het belangrijk de muren na te kijken, want het is belangrijk dat je een gladde ondergrond hebt. Zitten er gaten, scheuren of bobbels in de muur, dan zou je dit eerst moeten repareren. Dit kun je doen met muurvuller. Is de muur echter zo toegetakeld dat het niet lukt met muurvuller, dan zou je hem eerst moeten sauzen om de ondergrond glad te krijgen.

Ook moet je nadenken over het soort behang. Het meest gebruikte behang is papierbehang, maar ook vliesbehang wordt vaak gekozen. Uiteraard is het materiaal van deze twee verschillend, maar daarnaast zit er ook verschil in het aanbrengen ervan. Bij papierbehang breng je de lijm aan op het behang, en bij vliesbehang op de muur. En kies je voor patroonbehang, fotobehang of panoramisch behang?

Ga je het behang kopen, houd er dan rekening mee dat je altijd snijafval hebt. Je kunt dan ook het beste twee rollen extra kopen. Mocht je deze uiteindelijk overhouden, kun je ze vaak gewoon terugbrengen naar de winkel. Let bij het kopen van het behang wel op het batchnummer van de rollen. Deze moeten op elke rol hetzelfde zijn. Is dit niet het geval, dan krijg je te maken met kleurverschil en dat wil je niet.

Behangen met papierbehang

Ga je werken met papierbehang, dan is het belangrijk dat je eerst de banen snijdt. Meet hiervoor eerst de muur op zodat je weet hoe lang deze is, en tel daar vijf centimeter bij op. Snijd de eerste baan en gebruik deze vervolgens voor de andere banen, door hem boven op de tweede baan te leggen en af te snijden. Zo ga je verder totdat je voldoende banen hebt.

Vervolgens breng je de lijm aan op de eerste baan. Vergeet hierbij ook zeker niet de hoeken en randen, deze mogen goed ingesmeerd worden. Daarna druk je de twee bovenste hoeken stevig tegen de muur aan, en hangt de baan strak tegen de muur aan. Gebruik hiervoor een loodlijn of waterpas, want de baan moet uiteraard wel recht hangen. Druk de baan aan en strijk hem glad, totdat je helemaal tevreden bent. De volgende baan doe je op dezelfde manier, alleen hierbij moet je er wel voor zorgen dat deze strak tegen de eerste baan aan zit en niet overlapt.

Vliesbehang aanbrengen

Bij vliesbehang breng je de lijm aan op de muur. Dit doe je het beste met een verfroller die je normaal voor het schilderen en verven van je huis en muren gebruikt. Doe dit altijd op een iets grotere oppervlakte dan de breedte van het behang. Voor de hoeken en de randen kun je eventueel ook een kwast gebruiken als het met de roller niet lukt. Vervolgens pak je het behang en legt de rol op de grond, waarbij je het behang omhoog trekt. Duw de hoeken goed tegen de muur aan en strijk de baan glad. Ook hierbij gebruik je het beste een waterpas of loodlijn.

Nadat je klaar bent snijd je met een stanleymesje het overtollige behang eraf en klaar ben je!